Het eerste type ontsteker dat omstreeks 1890 in gebruik kwam, was de zogenaamde klappertjesontsteker. Een papierstrookje met daarop zwavel wordt langs tandjes afgestreken waardoor een vonk ontstaat. Dit is te vergelijken met het systeem dat in klappertjespistolen wordt gebruikt.
Een verbetering van de klappertjesontsteker was de vuursteenontsteker (omstreeks 1900). Een vuursteentje wordt langs een tandwieltje afgestreken waardoor er een vonkje ontstaat om de lont te doen ontbranden. Dit systeem was effectiever dan de klappertjesontsteker omdat de vuursteentjes langer meegingen en beter vonkten.
In het begin van de jaren 1950 was de techniek van accu`s en batterijen zover gevorderd dat ze als voeding van een elektrisch ontstekingsmechanisme konden worden gebruikt. Deze elektrische ontstekers vervingen de vuursteenontstekers. Een draadje – gevoed door de batterij – gaat gloeien en ontsteekt op die manier de lont.